Het dumpingsyndroom: Wat is het en hoe ga je ermee om?

Wat is het dumpingsyndroom?

Sommige mensen krijgen na een maagverkleining te maken met het zogenaamde dumpingsyndroom. Bij het dumpingsyndroom ontstaat een te snelle maaglediging, doordat de sluitspier van de maag minder goed werkt of volledig gebypasst wordt. Op die manier komt het voedsel niet meer in kleine hoeveelheden in de dunne darm, maar ‘valt’ het te snel en in grote brokken in de dunne darm. Dat veroorzaakt allerlei vervelende reacties in het maagdarmkanaal. Er bestaan meer bepaald 2 soorten klachten, die we samen het ‘dumpingsyndroom’ noemen. 

Wat zijn de klachten bij dumping?

We maken een onderscheid tussen vroege en late dumpingklachten.

• Vroege dumpingklachten treden kort na de maaltijd op en kunt u al na een half uur merken.
• Late dumpingklachten treden ongeveer een tot drie uur na de maaltijd op.

Vroege dumpingklachten

Vroege dumpingklachten ontstaan doordat voedsel in te grote brokken in de dunne darm terechtkomt en daar veel vocht uit het bloed aantrekt, soms tot wel 3 à 4 liter. Hierdoor is er minder vocht aanwezig in de bloedvaten en daalt de bloeddruk. Je kunt je dan duizelig, suf en vermoeid voelen en hartkloppingen krijgen. Door de extra hoeveelheid vocht in de darm ontstaan ook een (nog) voller gevoel, darmkrampen en diarree. Deze klachten gaan na verloop van tijd (soms enkele uren) vanzelf voorbij.

Mogelijke klachten bij vroege dumping:

• Vol gevoel
• Buikpijn en darmkrampen
• Diarree
• Hartkloppingen
• Duizeligheid
• Gevoel van zwakte
• Sufheid

Late dumpingklachten (reactieve hypoglycemie)

Late dumpingklachten ontwikkelen zich in de eerste uren na voedsel- en vochtinname. Ze ontstaan omdat voedsel te snel vanuit de maag in de dunne darm terechtkomt, waardoor bepaalde suikers sneller worden opgenomen in het bloed. De alvleesklier maakt als reactie op het hoge bloedsuikergehalte in korte tijd veel insuline aan. Insuline zorgt ervoor dat glucose vanuit het bloed in de lichaamscellen komt, maar de insulineproductie loopt achter in tijd. Gevolg: een teveel aan insuline wanneer de suikers alweer uit de bloedbaan verdwenen zijn. Op dat moment daalt het bloedsuiker te snel en ontstaan er klachten die lijken op een suikertekort bij mensen met diabetes (suikerziekte). Ga bij ernstige klachten even liggen na de maaltijd.

Mogelijke klachten bij late dumping:

• Zweten (‘koud zweet’)
• Onrustig gevoel en trillen
• Duizeligheid
• Geeuwhonger
• Hartkloppingen
• Flauwvallen

Hoe kan je dumpingklachten verminderen?

• Eet rustig, neem kleine hapjes en kauw goed.
• Verdeel zes tot acht kleine maaltijden over de dag.
• Verdeel ook het vocht dat je drinkt goed over de dag. Drink niet of zeer weinig bij de maaltijd; ook geen soep. Wacht zeker 30 minuten voor en na de maaltijd om iets te drinken. Anders spoelt het voedsel nog sneller naar de dunne darm.
• Schakel vezels in: volkoren producten, havermout, voedingsvezels,…
• Vermijd ijskoude, hete en vetrijke gerechten.
• Vermijd snelle suikers (zoals frisdranken, fruitsappen, zoete snacks en zoet beleg). Deze suikers worden vooral in vloeibare vorm extra snel opgenomen. Gebruik daarom geen of weinig frisdrank, aanmaaklimonade en vruchtensap.
• Let op met melk: In melk zit lactose (melksuiker), dat is ook een snel opneembare suiker. Zure melkproducten zoals karnemelk, yoghurt en kwark worden vaak beter verdragen omdat ze minder lactose bevatten.

Wat kan je doen als er toch dumpingklachten optreden?

Wanneer er dumpingklachten  ontstaan, kan je het beste stoppen met eten. Ga liggen of rust een tijdje na het eten om de vertering te vertragen. Er bestaat ook specifieke medicatie voor dumpingklachten, raadpleeg je arts voor meer advies.

Noot: In deze blog biedt BariNutrics ® inzicht in het fenomeen ‘dumpingsyndroom’, met overzicht van praktische tips om de klachten tegen te gaan. Heb je last van de hierboven beschreven dumpingklachten? Ga dan zeker ook te rade bij je arts of diëtist voor medisch advies.